Tel: (020) 662 7983  |  Brahmsstraat 7, 1077 HE Amsterdam  |  Contact  |     Magister leerlingen   |     Magister leraren

Nederlands

Het vak Nederlands is een vak waarin eigenlijk alles aan de orde kan komen: gedichten, verhalen, nieuwsberichten, onderwerpen als liefde en verliefdheid, maar ook filmfragmenten en toneel.

Iedereen moet natuurlijk ook een goed artikel leren schrijven waarvoor kennis van de grammatica en de spelling de bouwstenen zijn; daarnaast is het lezen en begrijpen van teksten van groot belang voor nu en later. Nu is het goed en snel kunnen lezen zo belangrijk omdat je bij alle vakken stukken tekst en de vragen daarbij moet kunnen begrijpen; dat kun je spelenderwijs leren door heel veel boeken te lezen, maar ook door naar het jeugdjournaal te kijken: woordkennis bevordert het tempo bij elk vak! Bovendien krijgen de leerlingen elke schooldag via de ELO één woordje toegestuurd dat in de actualiteit van dit moment een rol van belang speelt. Die woordjes worden aan het einde van elke maand overhoord, zodat zij een groot archief van woorden in hun hoofd aanmaken. Later is leesvaardigheid in de eerste plaats belangrijk op het examen, al is dat voor sommige leerlingen nog ver weg. Teksten vormen niet alleen bij Nederlands het belangrijkste deel van het examen: bij de meeste andere vakken is goed en snel kunnen lezen de sleutel tot succes. Als een leerling uit de brugklas met een van de genoemde drie, grammatica, spelling en leesvaardigheid, veel moeite heeft, kan hij/zij extra hulp krijgen in een wekelijks steunuur.

Bij Nederlands hebben we twee soorten schriften: het grote schrift en het kleine schrift. In het grote komen alle creatieve opdrachten: verhalen, tekeningen bij verhalen, gedichten en boekverslagen bewaar je zo samen in een mooi verzorgd schrift waar je je hele leven trots op blijft. Het kleine schrift is het archief voor alle door jou gemaakte opdrachten die in het boek staan en die je als je een toets goed wilt maken, geordend bij elkaar hebt. Bovendien kunnen hier stukken theorie bewaard worden. Een voorbeeld van die creatieve opdrachten in de brugklas is het project GELUKSKOFFERS, waarbij een gedicht over wat de maker gelukkig maakt het begin vormt van een koffer vol verbeeldingen van geluk: tekeningetjes, kleine schilderijen, foto’s en kleine maquettes vertellen ieders persoonlijke verhaal.

Ook is de spreekvaardigheid van groot belang: de leerlingen leren voor de klas te staan en zonder al te veel spanning te vertellen over boeken die ze lazen en over een onderwerp dat ze bestudeerden. Daarnaast komen discussies en klassengesprekken over bijvoorbeeld vriendschap voor. Het vak Nederlands is dus een vak met vele gezichten. Je kunt er altijd veel van jezelf in kwijt en je kunt altijd vragen of we eens een keertje …. kunnen doen of bespreken!